Capitol Reef National
Park
Om 6u30 sta ik, Kim en
Liza op. Fons geraakt niet uit zijn bed. Een uurtje later hebben we ontbeten en
zijn we buiten al eens naar de vele hertjes op de campground gaan kijken.
De eerste stop vandaag
is het “Petroglyph Panel”. Naast de hoofdweg is een kleine parking met een
korte trail naar enkele petrogliefen van Fremont-Indianen. Daarna rijden we
door tot aan de trailhead van de Hickman Bridge Trail, een trail van 3,5km. We
hebben nog juist genoeg plaats om onze camper te parkeren. Na een kort stukje
wandelen langs de Fremont River is er een klim van zo’n 120 meter. Die klim is
niet zo moeilijk. Dan is er een open gebied gevolgd door een nauw ravijn. Op
het einde van de trail bevindt zich de Hickman Bridge, een rotsboog van 40
meter hoog met een overspanning van 40 meter. We werden door andere wandelaars
gewaarschuwd voor de agressieve wespen onder de boog maar wij hebben hier geen
last van gehad. Als we onder de boog doorlopen hebben we een mooi uitzicht over
de vallei. Na een korte lus rond de boog wandelen we via dezelfde weg weer
terug naar de camper.
De volgende stop is
Panorama Point waar we een korte wandeling maken. Vooraleer we het park uit
rijden stoppen we voor de lunch bij het Behunin Cabin, een oud huisje aan de
kant van de weg.
Goblin Valley State
Park
Onderweg naar het
Goblin Valley State Park merken we dat er zeer veel zijwind staat. Met een
camper van 32ft lang is dat niet zo leuk rijden. Bij het park betalen we 15$
inkom. Via een bochtige weg komen we dan bij de parking aan. Beneden ons ligt
een groot veld vol met goblins. Tussen deze goblins kan je vrij rondlopen. Fons
en Liza vinden het geweldig om overal op te kruipen en rond te lopen. Na
anderhalf uur rondtoeven en net niet gezandstraald te zijn houden we het
bekeken.
Boondocking
Enkele kilometer
buiten het park gaan we wildkamperen, ook wel boondocking genoemd. Ik had
vooraf via Google Maps de omgeving al een beetje verkend. Er is een lange zandweg met verschillende
zijwegen die elk naar een door rotsen omgeven plekje leidt. Van in de verte
zien we uiteindelijk een plekje waar nog geen auto’s of campers staan. Kim gaat
te voet de weg verkennen om te zien of dat wel lukt met de camper. Ik rijd haar
achterna. Halfweg tussen de hoofdzandweg en de campingplaats is er een kleine
geul in de weg die te diep is voor de camper omwille van de lange overhang
achter de achterste wielas. Dus dit betekent enkele honderden meters achteruitrijden
op een weg die net breed genoeg is voor de camper. Iets verder op die zandweg
is er nog een andere zijweg waarover het uiteindelijk wel lukt. De bestemming zelf
is echt wel de moeite, helemaal alleen en zonder enige voorzieningen. Maar hier
naartoe rijden met een 32ft camper is toch wel redelijk tricky. Na het
avondeten nemen we buiten een douche, aan de zijkant van de camper is er een
douchekop voorzien. Ook in de camper voelen we de stevige wind. ’s Avonds doe
ik nog enkele pogingen om de Melkweg te fotograferen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten